vrijdag 11 augustus 2017

10 augustus - Laatste dag in Madagascar

Met deze dag gingen wij de rondreis afsluiten. Weer vroeg opstaan, dan een bezoek aan het paleis van de eerste koning van Madagascar, ongeveer 21 km rijden naar het noorden. En wat bleek dit een leuk uitje te zijn. Wij hadden een fantastische gids die ons niet alleen alles vertelde over de monarchieën van Madagascar, die soms echt bizar waren, maar ook erg veel over de gebruiken van de Malagassy. Zo is het nog steeds gebruikelijk dat de armere mensen met hun hoofd naar het noorden slapen, kijkend richting het oosten. Ongeacht hoe groot een gezin is, ligt iedereen in 1 bed in een foetus-houding, dus lepeltje lepeltje. Zij doen dat vooral omdat het dan warmer is. Er zijn daar ook 2 'zwembaden'. De kleine werd 1 keer per jaar gebruikt bij hun jaarwisseling (op 24 juni). Dan ging de koning zich in dat bad wassen met zijn 12 vrouwen. Naar het badderen mochten mensen het badwater drinken, want daar werd je sterker van. De rest van het jaar werd het water van dat bad elke dat door 70 maagden ververst, gewoon, kennelijk omdat dat kon. Er is later een 2e groter bad bijgemaakt en het is nu nog steeds gebruik dat mensen dat water drinken om van een ziekte af te komen of om geluk te krijgen in hun huwelijk. Alleen de aanblik van het groene water maakte mij al onpasselijk. Ik zal een fotootje bijvoegen van de gore drab, maar de Malagassy zijn wel intens moedig.
Na het paleis hebben we een korte lunch gehaald in een supermarkt en daarna hebben we wat souvenirs gekocht, een baobapboompje en een zebu-beeldje, weer noodzakelijk slabestek gemaakt van pallisanderhout en zebu-hoorn, 3 t-shirts, een shawl en nog hield ik ruimte in mijn koffer. Dat kwam ook omdat ik oude kleding had achtergelaten bij het hotel op Île Sainte-Marie, bij oma Marian, die de kleding verdeelt in een dorpje bij het hotel.
In de avond vertrokken wij om 21.30 uur naar het vliegveld voor onze terugvlucht eerst naar Parijs en dan door naar Amsterdam. Het zit er weer op!

8 en 9 augustus - Laatste dag op Île Sainte-Marie, toch wel een kater

Bij aanvang van deze reis had ik al kenbaar gemaakt dat ik op Île Sainte-Marie wilde gaan duiken. Rondom dit eiland zijn kennelijk mooie duikstekken en met name bij Nosy Nato, ten zuiden van Île Sainte-Marie, zou goed gedoken kunnen worden. Dat was wel te regelen, zei de reisleider en tussendoor heb ik nog ongeveer twee keer aangegeven dat ik daar echt naar uitkeek, en Laurens gaf aan dat hij ermee bezig was. Niets bleek echter minder waar. Toen wij aankwamen bij onze accomodatie op het eiland hebben wij de meeste info gekregen over de mogelijkheden van de eigenaresse van de camping want Laurens lag toen te slapen. Toen werd besloten om op maandag de whalewatching te doen en feitelijk bleef voor het duiken alleen de dinsdag nog over. De afspraak voor de 2 ochtendduiken hebben we gemaakt op ons uitje op zondag toen we naar Nosy Nato waren gegaan.
Gistermiddag, dus maandag de 7e augustus, zei Laurns echtr dat we op woensdag erg vroeg zouden vliegen naar het vaste land en dat was voor degene die mee zou gaan duiken reden om vanwege veiligheidsredenen niet te gaan duiken op dinsdag. Je zult begrijpen dat ik goed de balen hierover had, en geloof me, dat is een understatement. Ik zat hier eigenlijk al naar uit te kijken sinds ik de PADI Open Water had behaald, dus ik bleef met een kater achter.
Wel heb ik nog gesnorkeld in het water voor de accomodatie en ben daar onder water wel getrakteerd op het fantastische geroep van de walvissen.
Op woensdagochtend moesten we vroeg op omdat we rond 6 uur naar het vliegveld moesten en het was zwaar klotenweer. Bij deze accomodatie gaat tussen 4 en 8 uur de stroom uit, dus we hadden geen licht 's morgens, dus alles moest in het donker, wat bijgelicht met je zaklamp die je echt vaak nodig hebt. We vlogen vanaf Île Sainte-Marie eerst naar Tamatave. Daar gingen we voor ongeveer 6 uur het vliegtuig uit omdat die eerst doorvloog naar La Réunion. We hebben in die tussentijd gewandeld op het strand van Tamatave, geluncht en het lukte mij daar even om een blog te plaatsen. Begin van de avond waren we in ons hotel in Antananarivo, in hotel Belvedere. Een parel in een uiterst vieze hoofdstad. Een mooie plek om de vakantie af te sluiten.



7 augustus - whalewatching

Deze dag was gereserveerd voor whalewatching op de zeestraat tussen Île Sainte-Marie en het vaste land van Madagascar. Vanwege de lekkere temperatuur geldt deze stek als de kraamkamer voor de bultruggen. Voordat we vanaf het hotel vertrokken zagen we al enkele walvissen, een stuk of 5 á 6, op minder dan 100 meter voor de kust langszwemmen.
Dan de whalewatchingtour zelf. We gingen met 15 reisgenoten en die wilden ze alle 15 in een klein pokkenbusje stoppen maar dat hebben we geweigerd. De hoteleigenaar heeft toen 5 van de groep met een auto nagebracht maar volgens mij was dat onder protest. Van tevoren hebben we nog expliciet gevraagd of de whalewatching werd gedaan door het door Lonely Planet geadviseerde bedrijf en dat zou het geval zijn. We werden echter gestopt op een achenebbisjbootje waar een enorme brandstofstank omheen hing, met grote brandstofvaten op het achterdek. Onder het varen zaten ze brandstof over te gieten. Eigenlijk levensgevaarlijk. Enfin, de boot werd bestuurd door de beide buitenboordmotoren tegelijk te bedienen en zo ook te sturen. Vanuit de stuurhut was dat kennelijk niet mogelijk. Al vrij vlot werd ik door een van de bemanningsleden, die uitkeek naar de walvissen, uitgenodigd om op het voordek plaats te nemen. Was even een listige klautertoer maar samen met Marjon en nog een reisgenoot hadden we een uitstekend uitzicht daar, ver van beide motoren. We hebben best wat walvissen gezien, ook die met hun vinnen op het water sloegen, maar telkens als wij walvissen zagen, vaarden we recht op de walvissen af, alsof we ze najoegen. We hadden zelfs stemverheffing nodig om die gasten duidelijk te maken dat we rustiger moesten varen en parallel aan de walvissen moesten blijven. Na 2 uur varen leek dat kwartje eindelijk gevallen. De meesten die de klautertoer naar het voordek niet durfden te maken, en dat waren er 11, hebben veel minder van de walvissen gezien. Het was op het voordek wel enorm moeilijk om goede foto's te maken, maar het is Marjon toch enigszins gelukt. Resultaat is wel dat ik een vuurrode knar heb van het heerlijke zonnetje.

woensdag 9 augustus 2017

6 augustus - Toer over Nosy Bohara

Uiteraard hebben we vandaag eerst uitgeslapen, de reis zit er immers op en de vakantie is begonnen.
Na het ontbijt zijn we met 10 man in 2 landrovers het zuidelijke deel van het eiland gaan verkennen. Eerst gestopt in het dorp waar we gisteren aan land zijn gekomen maar daar was niet veel te beleven. Toen besloten we naar de zuidelijke punt door te rijden. Daar hebben we 2 pirogues genomen en zijn overgevaren naar Île aux Nattes, of kortweg Nosy Nato. Dat is het eilandje waar ik ook wil gaan duiken. Daar hebben we geluncht en uiteraard op z'n malagassy's werd tweederde van de kaart doorgehaald omdat ze de ingrediënten niet hadden. Wel zagen we op behoorlijk grote afstand walvissen, maar goed, morgen staat whalewatching in de ochtend gepland dus morgen hopelijk meer daarover. Overigens duurde de bereiding van de lunch echt extreem lang, maar het zal vast met liefde zijn bereid.
Na het eten met de pirogues weer terug naar Nosy Bohara en toen hebben we eerst even het duikcentrum bekeken en die werd goed en professioneel bevonden door een reisgenote die al 500 duiken op haar naam heeft staan. Daar hebben we voor komende dinsdagochtend afgesproken, dus dan gaan we daar 2 duiken maken.
De dag sloten we af met een bezoek aan het piratenkerkhof. De zeestraat tussen Île Sainte-Marie en het vaste land van Madagascar werd veel gebruikt door schepen en de lagunes van dit eiland waren een perfecte verstopplaats voor de pratenschepen en als er dan een schip langs kwam varen was het piratenschip met de oostenwind in no time aan het enteren. De overleden piraten werden dan hier begraven. De gids kon er erg leuk over vertellen dus dit was ook weer een topuitje.

4 en 5 augustus - Reisdagen naar Île Saint-Marie

Het einde nadert en voor deze reis betekent dat een behoorlijke reisafstand naar onze eindbestemming, île Sainte-Marie, ook wel Nosy Boraha genoemd.
Eerst moesten we het regenwoud verlaten en na enkele kilometers was er al een behoorlijke file. De reisleider heeft met de busboy georganiseerd dat we steeds een paar honderd metr naar voren konden met onze bus. Vrachtwagenchauffeurs lieten ruimtes open waar de bus net tussen kon. Uiteindelijk heeft dit ons 1,5 uur vertraging opgeleverd in de eerste 13 kilometer. Alternatieven zijn er niet, dus....
We kwamen uiteindelijk aan in Toamasina, de belangrijkste havenstad van Madagascar. Die stad zorgt er ook voor dat de RN2 vol met vrachtauto's zit, vooral tankauto's die benzine over het land verspreiden. Vanaf Toamasina (ofwel Tamatave) begint RN5, een goeddeels verharde weg maar vaak in zo'n belabberde toestand dat je slechts voetstaps door de diepe gaten kunt. De RN5 verandert noordelijk van tot waar wij komen in een ronduit afschuwelijke zandweg die tot de gevaarlijkste wegen van de wereld wordt gerekend en ook in een programma op televisie is geweest. Ik zoek later nog uit welke 2 BN'ers die aflevering zaten. Enfin, met een tussenstop in een hotel aan de oceaan, hebben we in 1,5 dag de plek bereikt waar we met een boot overvaren naar Île Sainte-Marie, een ruwe overtocht. Onderweg werden we echter getrakteerd op meerdere bultruggen die de bekende sprongen maakten. Ook kwamen we bij zeker 3 bultruggen op een afstand van ongeveer 40 meter langsvaren.
Op Île Sainte-Marie zitten we in bungalows direct aan ons eigen strand. 's Morgens is ons uitzicht zoals op 1 van de foto's. We kunnen voor het strand snorkelen en bultruggen schijnen tot 50 meter van de kust te komen. Gisteren zagen we op grotere afstand enkele springers, dus dat wordt genieten.

donderdag 3 augustus 2017

3 augustus - Bezoek aan het regenwoud bij Andasibe



De dag van vandaag bestaat uit 3 delen. In de ochtend een bezoek aan een klein park in het regenwoud, in de middag een bezoek aan een soort schiereilandje in een rivier waar ook lemuren zitten en een avondwandeling.
Eerst de ochtend. Dit kleinere park is minder bekend en daarom ook minder druk. De dieren die we hier zien zijn echter dezelfde en bijkomend voordeel is dat we door een bezoek te brengen aan het kleinere park een lokaal initiatief stimuleren. Doel van het ochtenddeel is het spotten van de Indri, de grootste sifaka van Madagascar. De Indri is een ernstig bedreigde soort en in dit park leven meerdere groepen van 4 tot 6 dieren. Als een jong ongeveer 3 jaar is verlaat hij het 'gezin' en start een eigen groep. De Indri maakt een fantastisch jankend geluid dat tot ongeveer 4 km afstand is te horen. Het lijkt enigszins op het geluid van walvissen onder water. Ik heb een geluidsfragment en probeer die als link mee te sturen met de blog. Ik weet later pas of dat lukt. In dit park hebben wij een groep van 6 indri's gezien en de moeder droeg een baby bij zich, werkelijk een fantastisch moment. Ook hebben we nog een slapende woolly lemur gezien en van heel dichtbij een common brown lemur.
Het middagdeel kan ik wat korter over zijn want ikzelf heb ervoor gekozen om daar niet heen te gaan. Het was een plaats waar lemurs werden opgevangen die bijvoorbeeld door mensen als huisdier waren gehouden. Die gingen ook bij mensen op de schouder zitten. Ondanks dat wellicht de basis ethisch verdedigbaar is ben ik principieel tegen het gebruiken van dieren ten behoeve van toeristen. Natuurlijk zijn deze dieren door de mens dan al verpest maar het zijn en blijven wilde dieren die je dan liefst zoveel mogelijk bij mensen vandaan moet houden en dus alles erop richten deze dieren terug in de natuur te plaatsen. Geen foto's daarvan dus.
De avondwandeling vond ik heerlijk. Het regende niet meer en naar verhouding was het wat minder koud. We hebben een aantal kameleons gezien waaronder weer van het kleinste soort, meerdere wandelende takken, wat kikkertjes, die niet groter waren dan een duimnagel en 2 lemuren die probeerden te slapen. Al met al weer een behoorlijke oogst.
Op de foto's zie je een roepende indri, het jong dat net zijn koppie tevoorschijn heeft en een kikkertje bij de avondwandeling.

1 en 2 augustus - 2 reisdagen via Tulear naar Andasibe


De eerste 2 dagen van augustus staan weer in het teken van reizen en in Madagascar kan dat wel eens gecompliceerd zijn.
Op 1 augustus zijn we eerst vanaf Isola naar Tulear gereden met de bus. Dat was over redelijke wegen een halve dag rijden dus prima te doen. In dit deel van Madagascar is het volk een tikkeltje onvriendelijker. Er worden hier illegaal ook edelstenen gewonnen, vooral saffier, dus dat betekent ook dat ze niet zo zitten te springen om pottekijkers. In een stad die hierom bekend staat is het dan ook zeer onveilig om stil te staan. Sommige plekken zijn we dan ook stapvoets voorbij gereden om vanuit de bus wat kiekjes te maken. Die saffierhandel wordt vooral gerund door Indiërs en Pakistani, dus de Malagassy profiteren hier ook niet echt van.
Tulear ligt weer aan de Straat van Mozambique. Enkele reisgenoten zijn naar de 'boulevard' gegaan maar dat bleek niet veel soeps. Sommigen werden zelfs gewaarschuwd dat ze beter daar weg konden blijven. Ik heb in het hotel even bijgeslapen want ook ik ben getroffen door de diarree. Ik ben er gelukkig niet ziek van maar enkelen zijn ook grieperig en erg vermoeid. Marjon heeft eerder al een dag in Ranomafana ziek in bed gelegen en nu heeft zij behalve diarree ook een verkoudheid. Dat komt mijns inziens mede omdt we ook zo switchen van weer. Van het koude Tana naar het erg warme Tsingy, met de trein door het koudere regenwoud en weer de warme oostkust, dan weer terug naar het regenwoud in slecht en koude weer en dn de woestijn door. Nu zitten we weer terug in het regenwoud ten noordoosten van de hoofdstad en gisteravond was het krap 10 graden.
Oh ja, het reizen. Vanaf Tulear moesten we weer naar de hoofdstad Antananarivo, of kortweg Tana, vliegen. Maar het kan zomaar zijn dat Madagascar Air de vlucht cancelt of verplaatst. Aanvankelijk zouden we om 12.00 uur bij het hotel weggaan nar het nabijgelegen vliegveld maar dat werd ineens met een 6 uur vervroegd. Weer niet uitslapen, maar daardoor wel een lange reisdag. Eerst een vlucht van 45 minuten naar het zuidoosten en dan ruim een uur naar Tana. Daar in de bus en dan een reis van 148 km naar het regenwoude bij Andasibe. Lijkt kort maar we hebben daar toch zo'n 5 uur over gedaan.